Ga naar de inhoud

Onder de loep – Katja Dohmen

De pen is dit keer doorgegeven aan Katja Dohmen.

Katja Dohmen

Wie ben je?

Hallo, ik ben Katja Dohmen, 55 jaar uit het Limburgse Herkenbosch (bij Roermond) naast het mooie natuurpark De Meinweg.
Hobbies: skieen, Yoga ( volgen en les geven), cardioboksen,suppen, onze hond, gek doen met vriendinnen.

Jij en de praktijk?

Sinds 1992 werkzaam in het mooie zuid Limburgse heuvelland in Eys. 13 jaar als maatschapslid, ik ben net voor de corona periode eruit gestapt en terug gegaan in loondienst. Ik vind het leuk om stagiaires te begeleiden, om ze als persoon en als fysiotherapeut te zien groeien. Om ze te leren de patiënt als geheel te zien.

Jij en Orofaciaal?

In 2008 ben ik afgestudeerd aan de HAN als orofaciaal fysiotherapeut. Nog steeds heb ik contact met medestudenten van toen. Dit is handig om soms te sparren, casussen te bespreken, of om samen cursussen te doen.

Jij en de patiënt?

Ik ben inmiddels een door de wol geverfde fysiotherapeute die zich steeds meer (kan en wil) richten op de orofaciale fysiotherapie.

De niet-dentale, niet specifieke klachten in hoofd/hals/kaak gebied worden steeds beter en meer verwezen door huis-, tandartsen en kaakchirurgen. De samenwerking met UMC Maastricht verloopt ook heel prettig en wordt uitgebreid, niet alleen vanuit het CBT gnathologie maar ook vanuit hoofd/hals oncologie team. Deze samenwerking geeft mij in mijn werk als orofaciaal therapeute veel energie, uitdaging en een enorme boost.

Jij en de NVOF?

Tja, eerlijk gezegd ben ik na mijn opleiding lid geworden van het NVOF, om in het register van orofaciaal fysiotherapeuten te kunnen staan. Ik vind het wel fijn dat ze specifieke cursussen, congressen en lezingen aanbieden voor orofaciaal en ons daarvan op de hoogte houden.

Nog een kritische noot;

Onze praktijk is aangesloten bij Keurmerk en ik kan nog steeds niet begrijpen dat wij als orofaciaal fysiotherapeuten gedwongen zijn om ook KNGF -NVOF te zijn (dus 2x betalen) om in het register te kunnen blijven. Waarom zo moeilijk?

En wie mag de volgende keer onder de loep?

Marieke Albert-Calon